De NMBS gaat in een eerste fase achttien miljoen frank investeren in de ferroutage-maatschappij TRW (gecombineerd vervoer van trailers over het spoor), vooral in de terminal Schijnpoort, bij Antwerpen. De capaciteit komt daardoor uit op ongeveer zestigduizend eenheden. In een tweede fase zal er nog eens zo’n vijftig miljoen frank worden geinvesteerd worden, waarmee de capaciteit ongeveer verdubbeld kan worden.
De NMBS krijgt niet de mogelijkheid om haar belang in TRW tot een meerderheid op te voeren. “TRW is van oorsprong een samenwerking van wegvervoerders en dat blijft het ook” , aldus Schouppe. De ferroutage- maatschappij krijgt nu drie grote aandeelhouders: de NMBS en de wegvervoerders Ziegler en Rijn-Schelde Mondia. TRW-voorzitter Eddy De la Haye is tevens bestuursvoorzitter van Mondia. Verder zijn een kleine honderd wegvervoerders aandeelhouder.

Interferry

Ingevolge het akkoord met Intercontainer wordt het kapitaal van Interferry met 50 tot 70 miljoen frank verhoogd. De NMBS bezit nu 67 procent van de aandelen Interferry, de rest is in handen van Ferry- Boats, dat eveneens voor tweederde in handen van de NMBS is. Na de herschikking zou de structuur er als volgt uitzien: NMBS 50, Ferry- Boats en Intercontainer ieder 25 procent.
Volgens marketing manager Jan de Haan is Interferry de derde nationale agent waarin Intercontainer een belang neemt. Iets dergelijks gebeurde eerder al in Italie en Polen. Deze op zich opmerkelijk participaties (Intercontainer is immers een samenwerkingsverband van nationale spoorvervoerders – red.) passen volgens De Haan in de strategie om de banden met de nationale organisaties nauwer aan te halen.
Volgens Interferry-directeur R. van Dijck stelt de kapitaalsuitbreiding Interferry in staat fors te investeren in de bestaande en nieuwe terminals. De terminal aan de Zomerweg in de Antwerpse haven zal uitgebreid worden, maar de belangrijkste investering zal waarschijnlijk in Muizen (bij Mechelen) gedaan worden, waar Interferry een ‘dry port’ wil uitbouwen.
Het akkoord met Intercontainer behelst bovendien dat Interferry rechtsstreeks alle Intercontainer-diensten op de Belgische markt gaat verkopen. Tot nu toe gebeurt dat vanuit Bazel. Volgens De Haan zal een aantal mensen van Basel naar Antwerpen overstappen.

Twee ijzers

Door enerzijds Intercontainer nauwer aan Interferry te binden en anderzijds de greep op TRW te verstevigen, houdt Schouppe twee ijzers in het vuur in de Europese strijd om het container- en trailervervoer per trein. De Europese Gemeenschap heeft bepaald dat het Europese spoornet vanaf 1993 ook voor derden toegankelijk moet zijn en met TRW en Interferry heeft de NMBS geschikte instrumenten in huis om niet te veel trafieken aan die derden te verliezen en waar mogelijk het marktaandeel uit te bouwen (zie ook Nieuwsblad Transport van 3 oktober jongstleden). Intern hanteert de NMBS de doelstelling dat het gecombineerd vervoer op een termijn van vijf jaar ongeveer een vijfde van de totale omzet van B- Cargo (de nieuwe naam van het goederenvervoer) moet uitmaken.
Het lijkt daarbij onvermijdelijk dat Interferry en TRW nu en dan in elkaars vaarwater terecht zullen komen. “We beperken ons niet strikt tot trailers en wissellaadbakken, maar we zullen ons ook bezighouden met containervervoer” , aldus TRW-voorzitter De la Haye. De twee zullen zich echter vooral richten op hun traditionele sterke kanten. Voor TRW zijn dat vooral de ‘landcontainers’ en voor Interferry de maritieme containers.
Volgens Schouppe is de houding van de spoorwegen ‘om rustig te wachten tot de klanten komen opdagen een omgeslagen bladzijde’. “Wat ik heb nodig heb, zijn maatschappijen die spoorvervoer binnenbrengen, geen lieve dochters die rustig afwachten.” Het initiatief voor de participatie van Intercontainer in Interferry is uitgegaan van de NMBS.

Door Rob Mackor