‘Binnen drie jaar moet Sendo Liner op waterstof varen’

Brand Stories

Van waterstofambities tot een circulaire economie. De provincie Drenthe is volop in ontwikkeling.

MCS
In deze editie van Brand Stories vertelt Port of Zwolle zijn verhaal over de provincie Drenthe die volop in ontwikkeling is; Port of Zwolle plukt hier ook de vruchten van. Organisaties in de logistiek zitten vol inspirerende en informatieve verhalen. In Brand Stories worden deze door hen rechtstreeks aan u verteld.

Nutte Visser, directeur van het MCS, en Henk Brink, gedeputeerde van de provincie Drenthe, vertellen over de kracht van Drenthe. MCS is het belangrijke logistieke hart in het noorden van Nederland met terminals in Meppel, Groningen en Leeuwarden. De core business van MCS is het containervervoer via de binnenvaart. Visser: ‘Op de terminal in Meppel worden ongeveer 60.000 containers per jaar overgeslagen. De afgelopen tien jaar zijn we ieder jaar met ongeveer 5% gegroeid in volume.’

De laatste sprong in volume kwam volgens Visser door FrieslandCampina. ‘Zij maken veel gebruik van onze containerterminal in Meppel. In Beilen zit een productielocatie van FrieslandCampina. Daar hebben ze enorm geïnvesteerd in productiecapaciteit. Deze producten worden deels overzees verscheept via Meppel. Het is niet voor niets dat FrieslandCampina zijn warehousing in Meppel heeft gevestigd. Hier worden de producten tijdelijk opgeslagen.’

Waterstof

Modal shift en verduurzaming zitten in het dna van MCS. Visser: ‘Wij zijn pioniers als het aankomt op minder kilometers op de weg en minder uitstoot. Nu willen we de binnenvaartsector, de lijndiensten naar Rotterdam, verder verduurzamen.’ Vier jaar geleden is MCS begonnen met het ontwikkelen van een nieuw type schip samen met Sendo Shipping: de Sendo Liner. ‘Met dit schip wordt 40% brandstof bespaard. Om dit concept verder te ontwikkelen, wordt nu ook gekeken naar de mogelijkheid om te varen op waterstof.’

De planning is volgens Visser om binnen nu en drie jaar de Sendo Liner zover te hebben dat hij op waterstof vaart, ‘zodat we ervaring op kunnen doen en we ook andere schippers kunnen motiveren om overstag te gaan’. MCS probeert hierin een voortrekkersrol te nemen.

Daarnaast is MCS bezig met een project om zelf waterstof te produceren op de terminal van IJDT in Kampen, waar MCS één van de aandeelhouders is en de directie voert. ‘Daar willen we een windmolen plaatsen. Voor de bouw hiervan loopt inmiddels al een vergunningsaanvraag. Hierdoor zouden we onze eigen energie kunnen opwekken voor de elektrische kranen. Met de energieopbrengst van de windmolen zouden we uiteindelijk ook waterstof kunnen gaan produceren om er zelf mee te varen.’

Voor wat betreft de kortere afstanden via het wegtransport ziet Visser een rol weggelegd voor elektrische vrachtauto’s. ‘Voor de langere afstanden waterstof of een combinatie van elektrisch en op diesel rijden.’

De CO2-uitstoot van het scheepvaartgedeelte van MCS moet volgens Visser over vijf tot tien jaar minimaal voor de helft gereduceerd zijn. ‘In 2050 moeten we helemaal CO2-neutraal zijn. Dat is denk ik een prima haalbare doelstelling. Zeker als de brandstofprijzen blijven zoals nu.’

Grote producenten

De relatie met Drenthe noemt Visser ‘heel belangrijk, zeker voor de ontwikkeling van de industrie die in Oost-Drenthe massaal aanwezig is. Wij bedienen eigenlijk de hele provincie vanaf Meppel’. Volgens Visser is het voor grote producenten een pre dat er in hun nabijheid een terminal is om containers af te voeren naar Rotterdam. ‘Dat is zeker een vestigingsvoorwaarde. Daarbij wordt wegvervoer steeds lastiger, zeker op deze afstanden naar Rotterdam, met de lange files. Ook is het milieutechnisch bijna niet meer te verantwoorden.’

Visser zegt dat er veel gebeurt in de regio Drenthe, maar ‘we zijn altijd een beetje verlegen om onszelf op de borst te slaan. Er is een sterke maakindustrie en er zijn goede verbindingen naar Rotterdam van MCS, Kampen en Hasselt of Coevorden met de railterminal. De logistiek is goed op orde’.

Dat er in de regio nog ‘zoveel geproduceerd wordt’, ziet Visser als een belangrijke toevoeging voor de regionale economie. Dat geldt ook voor omliggende provincies. ‘Scania in Zwolle en Meppel, het grote zuivelcluster van FrieslandCampina in Beilen, maar ook in Leeuwarden en Heerenveen. Ook ontwikkelt de businesscluster veevoer, met name het biologische, zich ontzettend snel in de regio.’

Strategische ligging

Brink roemt Meppel om zijn strategische ligging in de regio. ‘De zeehaven ligt het verst landinwaarts, dat leidt tot een mooie ontsluiting. De terminal in Meppel en de containeroverslag spelen een belangrijke economische én duurzame rol voor de regio. Met zo’n 156 containers op een schip haal je toch weer 156 vrachtwagens van de weg.’

Volgens Brink bepaalt ook een goede bereikbaarheid met verschillende modaliteiten het economisch perspectief van een regio. ‘Meppel is zowel over de weg als het spoor en het water goed bereikbaar.’

De Economische Koers Drenthe 2020-2023, het beleidskader voor het versterken van de Drentse economie, richt zich volgens Brink onder andere op een circulaire economie. ‘Meppel zet daar de komende tijd op in. Grondstoffen worden schaarser. Daarom willen wij ze gaan hergebruiken. Een haven als Meppel kan daar een rol in spelen door goederen op een goede manier te verzamelen en te hergebruiken.’

De regio Drenthe is volgens Brink niet zo groot als Rotterdam, maar ‘dat biedt juist ook kansen. De regio kent een mooie schaal om te experimenteren. Om in scheepstermen te spreken: een klein schip is wendbaarder dan een groot schip. Drenthe is groot genoeg om een circulaire economie te bevorderen. We hebben een historie op het gebied van afvalverwerking. De oudste vuilverwerker van Nederland is gevestigd in het Drentse Wijster en daar wordt volop ingezet op het hergebruik van kunststoffen. In Emmen bijvoorbeeld is een groot groen chemiecluster dat onder andere petflessen recyclet. De haven van Meppel is van essentieel belang voor de Drentse infrastructuur en het bedrijfsleven.’

Volgens Brink is er in Drenthe ruimte om te ondernemen, heerst er een goede arbeidsmoraal en is er een fantastische ontsluiting zonder files. ‘Ook kennen we elkaar, wat zorgt voor korte lijntjes. Tel daar de mooie bedrijven zoals Scania en FrieslandCampina bij op en je hebt een topregio.’

Dit verhaal is aan u verteld door Port of Zwolle

BRAND STORIES

Bedrijven en organisaties in de logistiek zitten vol inspirerende en informatieve verhalen. In Brand Stories worden deze door hen rechtstreeks aan u verteld.

Heeft uw bedrijf ook een interessant verhaal? Neem contact met ons op en bekijk de mogelijkheden om ook te adverteren via Brand Stories.

‘Binnen drie jaar moet Sendo Liner op waterstof varen’ | NT

‘Binnen drie jaar moet Sendo Liner op waterstof varen’

Brand Stories

Van waterstofambities tot een circulaire economie. De provincie Drenthe is volop in ontwikkeling.

MCS
In deze editie van Brand Stories vertelt Port of Zwolle zijn verhaal over de provincie Drenthe die volop in ontwikkeling is; Port of Zwolle plukt hier ook de vruchten van. Organisaties in de logistiek zitten vol inspirerende en informatieve verhalen. In Brand Stories worden deze door hen rechtstreeks aan u verteld.

Nutte Visser, directeur van het MCS, en Henk Brink, gedeputeerde van de provincie Drenthe, vertellen over de kracht van Drenthe. MCS is het belangrijke logistieke hart in het noorden van Nederland met terminals in Meppel, Groningen en Leeuwarden. De core business van MCS is het containervervoer via de binnenvaart. Visser: ‘Op de terminal in Meppel worden ongeveer 60.000 containers per jaar overgeslagen. De afgelopen tien jaar zijn we ieder jaar met ongeveer 5% gegroeid in volume.’

De laatste sprong in volume kwam volgens Visser door FrieslandCampina. ‘Zij maken veel gebruik van onze containerterminal in Meppel. In Beilen zit een productielocatie van FrieslandCampina. Daar hebben ze enorm geïnvesteerd in productiecapaciteit. Deze producten worden deels overzees verscheept via Meppel. Het is niet voor niets dat FrieslandCampina zijn warehousing in Meppel heeft gevestigd. Hier worden de producten tijdelijk opgeslagen.’

Waterstof

Modal shift en verduurzaming zitten in het dna van MCS. Visser: ‘Wij zijn pioniers als het aankomt op minder kilometers op de weg en minder uitstoot. Nu willen we de binnenvaartsector, de lijndiensten naar Rotterdam, verder verduurzamen.’ Vier jaar geleden is MCS begonnen met het ontwikkelen van een nieuw type schip samen met Sendo Shipping: de Sendo Liner. ‘Met dit schip wordt 40% brandstof bespaard. Om dit concept verder te ontwikkelen, wordt nu ook gekeken naar de mogelijkheid om te varen op waterstof.’

De planning is volgens Visser om binnen nu en drie jaar de Sendo Liner zover te hebben dat hij op waterstof vaart, ‘zodat we ervaring op kunnen doen en we ook andere schippers kunnen motiveren om overstag te gaan’. MCS probeert hierin een voortrekkersrol te nemen.

Daarnaast is MCS bezig met een project om zelf waterstof te produceren op de terminal van IJDT in Kampen, waar MCS één van de aandeelhouders is en de directie voert. ‘Daar willen we een windmolen plaatsen. Voor de bouw hiervan loopt inmiddels al een vergunningsaanvraag. Hierdoor zouden we onze eigen energie kunnen opwekken voor de elektrische kranen. Met de energieopbrengst van de windmolen zouden we uiteindelijk ook waterstof kunnen gaan produceren om er zelf mee te varen.’

Voor wat betreft de kortere afstanden via het wegtransport ziet Visser een rol weggelegd voor elektrische vrachtauto’s. ‘Voor de langere afstanden waterstof of een combinatie van elektrisch en op diesel rijden.’

De CO2-uitstoot van het scheepvaartgedeelte van MCS moet volgens Visser over vijf tot tien jaar minimaal voor de helft gereduceerd zijn. ‘In 2050 moeten we helemaal CO2-neutraal zijn. Dat is denk ik een prima haalbare doelstelling. Zeker als de brandstofprijzen blijven zoals nu.’

Grote producenten

De relatie met Drenthe noemt Visser ‘heel belangrijk, zeker voor de ontwikkeling van de industrie die in Oost-Drenthe massaal aanwezig is. Wij bedienen eigenlijk de hele provincie vanaf Meppel’. Volgens Visser is het voor grote producenten een pre dat er in hun nabijheid een terminal is om containers af te voeren naar Rotterdam. ‘Dat is zeker een vestigingsvoorwaarde. Daarbij wordt wegvervoer steeds lastiger, zeker op deze afstanden naar Rotterdam, met de lange files. Ook is het milieutechnisch bijna niet meer te verantwoorden.’

Visser zegt dat er veel gebeurt in de regio Drenthe, maar ‘we zijn altijd een beetje verlegen om onszelf op de borst te slaan. Er is een sterke maakindustrie en er zijn goede verbindingen naar Rotterdam van MCS, Kampen en Hasselt of Coevorden met de railterminal. De logistiek is goed op orde’.

Dat er in de regio nog ‘zoveel geproduceerd wordt’, ziet Visser als een belangrijke toevoeging voor de regionale economie. Dat geldt ook voor omliggende provincies. ‘Scania in Zwolle en Meppel, het grote zuivelcluster van FrieslandCampina in Beilen, maar ook in Leeuwarden en Heerenveen. Ook ontwikkelt de businesscluster veevoer, met name het biologische, zich ontzettend snel in de regio.’

Strategische ligging

Brink roemt Meppel om zijn strategische ligging in de regio. ‘De zeehaven ligt het verst landinwaarts, dat leidt tot een mooie ontsluiting. De terminal in Meppel en de containeroverslag spelen een belangrijke economische én duurzame rol voor de regio. Met zo’n 156 containers op een schip haal je toch weer 156 vrachtwagens van de weg.’

Volgens Brink bepaalt ook een goede bereikbaarheid met verschillende modaliteiten het economisch perspectief van een regio. ‘Meppel is zowel over de weg als het spoor en het water goed bereikbaar.’

De Economische Koers Drenthe 2020-2023, het beleidskader voor het versterken van de Drentse economie, richt zich volgens Brink onder andere op een circulaire economie. ‘Meppel zet daar de komende tijd op in. Grondstoffen worden schaarser. Daarom willen wij ze gaan hergebruiken. Een haven als Meppel kan daar een rol in spelen door goederen op een goede manier te verzamelen en te hergebruiken.’

De regio Drenthe is volgens Brink niet zo groot als Rotterdam, maar ‘dat biedt juist ook kansen. De regio kent een mooie schaal om te experimenteren. Om in scheepstermen te spreken: een klein schip is wendbaarder dan een groot schip. Drenthe is groot genoeg om een circulaire economie te bevorderen. We hebben een historie op het gebied van afvalverwerking. De oudste vuilverwerker van Nederland is gevestigd in het Drentse Wijster en daar wordt volop ingezet op het hergebruik van kunststoffen. In Emmen bijvoorbeeld is een groot groen chemiecluster dat onder andere petflessen recyclet. De haven van Meppel is van essentieel belang voor de Drentse infrastructuur en het bedrijfsleven.’

Volgens Brink is er in Drenthe ruimte om te ondernemen, heerst er een goede arbeidsmoraal en is er een fantastische ontsluiting zonder files. ‘Ook kennen we elkaar, wat zorgt voor korte lijntjes. Tel daar de mooie bedrijven zoals Scania en FrieslandCampina bij op en je hebt een topregio.’

Dit verhaal is aan u verteld door Port of Zwolle

BRAND STORIES

Bedrijven en organisaties in de logistiek zitten vol inspirerende en informatieve verhalen. In Brand Stories worden deze door hen rechtstreeks aan u verteld.

Heeft uw bedrijf ook een interessant verhaal? Neem contact met ons op en bekijk de mogelijkheden om ook te adverteren via Brand Stories.