Maar als ik dan weer eens ’s avonds tot laat nog op kantoor zit, kijk ik toch naar de overkant van de weg met een lichte vorm van jaloezie en denk ik: ‘hoe zou het zijn om ambtenaar te zijn? Geen tijdsdruk, geen overuren, geen deadlines… zucht…’. Tot afgelopen week mijn oog viel op een uitspraak van de rechtbank. Het moet niet veel gekker worden, de Inspecteur werd veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding omdat hij te lang deed over de behandeling van een bezwaarschrift.
De fiscaliteit heeft altijd een soort status aparte gehad ten opzichte van andere rechtsgebieden. Belastingrecht stond bekend als complex, specialistisch of voor velen simpelweg saai. Die status zorgde ervoor de inspecteurs vaak andere bevoegdheden hadden waarvoor andere spelregels golden. Met de invoering van de Algemene wet bestuursrecht werd een begin gemaakt met het afbouwen van de status aparte en werd het belastingrecht steeds meer ingepast in het reguliere bestuursrecht. Een goede ontwikkeling want hoe meer uniformiteit in spelregels, hoe meer rechtszekerheid voor de burgers en bedrijven.
Een bron van veel frustratie betrof de behandelingstermijn voor fiscale bezwaarschriften. De ‘normale’ behandelingstermijn voor bezwaarschriften is 6 weken, terwijl voor fiscale bezwaarschriften een termijn gold van 1 jaar. Een termijn die in uitzonderingsgevallen kon worden verlengd met nog een jaar. Dat was de wetgever uiteindelijk toch te veel van het goede waardoor deze uitzondering in 2008 werd teruggedraaid. Met als gevolg dat ook voor de inspecteur de hoofdregel van 6 weken geldt. En dat is even andere koek, dunkt mij. In de praktijk zie ik overigens zelden dat bezwaarschriften binnen 6 weken worden afgedaan, simpelweg omdat de materie daadwerkelijk te complex en specialistisch is. Een overschrijding van de behandelingstermijn is vaak met instemming van belanghebbende, omdat ook hij is gebaat bij zorgvuldige behandeling.
Maar de rechter is onverbiddelijk, zonder toestemming van belanghebbende geen uitstel. Een onredelijke behandeltermijn leidt tot schade die zal moeten worden vergoed. En deze ontwikkeling staat niet op zichzelf, eerder zagen we ook al de mogelijkheid tot het opleggen van dwangsommen wanneer de Belastingdienst geen tijdige beslissing nam. De toon is gezet. Eens komt er een dag dat de inspecteur door zijn raam naar buiten kijkt en denkt: ‘Hoe zou het zijn om adviseur te zijn? Geen behandelingstermijn, geen dwangsom, geen deadlines… zucht…’.
Raoul Ramautarsing
U las zojuist één van de gratis premium artikelen
Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af
Bent u al abonnee?