Smeergeld = olie

column

Mammoet, voor al uw zware transporten, wordt verdacht van de betaling van steekgeld om grote projecten in Mauritanië en Irak binnen te halen. Het zou gaan om flinke bedragen, zo meldt NRC Handelsblad, afgaande op een onderzoek dat het Openbaar Ministerie tegen de onderneming is begonnen. Je moet nooit te beroerd zijn om je wat […]

Mammoet, voor al uw zware transporten, wordt verdacht van de betaling van steekgeld om grote projecten in Mauritanië en Irak binnen te halen. Het zou gaan om flinke bedragen, zo meldt NRC Handelsblad, afgaande op een onderzoek dat het Openbaar Ministerie tegen de onderneming is begonnen. Je moet nooit te beroerd zijn om je wat logische en ethische vragen te stellen bij zo’n bericht. Ook al weet je, hangende het onderzoek, het fijne van de zaak niet. Goed, daar gaan we dan.

Een onderneming die tot ‘Hollands Glorie’ behoort, wil in aanmerking komen voor een mooie order in een bestuurlijk wat bedenkelijk buitenland. Je neemt dus als acquisiteur een doos fijne sigaren mee, of een Edammer kaasje, als je op bezoek komt bij degene die de opdracht te verdelen heeft. Mag dat? Ja, in het normale handelsverkeer is dat normaal. Er is zelfs een tijd geweest dat de Nederlandse belastingdienst ‘steekpenningen’ in deze vorm, uitgedeeld als klein cadeautje, als aftrekpost beschouwde.

Maar nu offreert je concurrent de aanstaande klant veel meer dan een kilo dadels of pakweg een geheel verzorgde dag in het lokale ‘wellness centre’. De mededinger legt zomaar een miljoenenbedrag aan ougouiya of dinar op tafel. De acquisiteur zal eens met het thuisfront bellen. ‘Vind jij dat dit kan?’, vraagt hij. ‘Nee’, krijgt hij van zijn superieur te horen. ‘Maar we willen wel graag dat die order bij ons wordt geplaatst. Wijs maar op de grotere kwaliteit die wij leveren.’

Die grotere kwaliteit, zal onze man/vrouw in Nouakchott of Bagdad ’s avonds in de hotelkamer overwegen, rechtvaardigt ook een hogere prijs. Een ernstig dilemma verstoort de slaap en ook de airco valt weer uit. Een besluit wordt genomen: morgen kan de vergever van de order een ‘knock-out’-bod onder de tafel verwachten. In diens staat zal niemand daarmee zitten, want corruptie is de smeerolie van dat soort landen.

Dat is de praktijk in heel veel delen van de wereld, ook trouwens in het onze. We hoeven maar te denken aan de Prins Bernhard-affaire, of aan sommige wethouders die gunsten te vergeven hadden. Met de ethiek komen we niet veel verder. Omkoping mag niet, maar is in de meeste landen een bijna onuitroeibaar verschijnsel. Zaken en ethica gaan nu eenmaal niet goed samen.

Smeergeld = olie | NT

Smeergeld = olie

column

Mammoet, voor al uw zware transporten, wordt verdacht van de betaling van steekgeld om grote projecten in Mauritanië en Irak binnen te halen. Het zou gaan om flinke bedragen, zo meldt NRC Handelsblad, afgaande op een onderzoek dat het Openbaar Ministerie tegen de onderneming is begonnen. Je moet nooit te beroerd zijn om je wat…

Mammoet, voor al uw zware transporten, wordt verdacht van de betaling van steekgeld om grote projecten in Mauritanië en Irak binnen te halen. Het zou gaan om flinke bedragen, zo meldt NRC Handelsblad, afgaande op een onderzoek dat het Openbaar Ministerie tegen de onderneming is begonnen. Je moet nooit te beroerd zijn om je wat logische en ethische vragen te stellen bij zo’n bericht. Ook al weet je, hangende het onderzoek, het fijne van de zaak niet. Goed, daar gaan we dan.

Een onderneming die tot ‘Hollands Glorie’ behoort, wil in aanmerking komen voor een mooie order in een bestuurlijk wat bedenkelijk buitenland. Je neemt dus als acquisiteur een doos fijne sigaren mee, of een Edammer kaasje, als je op bezoek komt bij degene die de opdracht te verdelen heeft. Mag dat? Ja, in het normale handelsverkeer is dat normaal. Er is zelfs een tijd geweest dat de Nederlandse belastingdienst ‘steekpenningen’ in deze vorm, uitgedeeld als klein cadeautje, als aftrekpost beschouwde.

Maar nu offreert je concurrent de aanstaande klant veel meer dan een kilo dadels of pakweg een geheel verzorgde dag in het lokale ‘wellness centre’. De mededinger legt zomaar een miljoenenbedrag aan ougouiya of dinar op tafel. De acquisiteur zal eens met het thuisfront bellen. ‘Vind jij dat dit kan?’, vraagt hij. ‘Nee’, krijgt hij van zijn superieur te horen. ‘Maar we willen wel graag dat die order bij ons wordt geplaatst. Wijs maar op de grotere kwaliteit die wij leveren.’

Die grotere kwaliteit, zal onze man/vrouw in Nouakchott of Bagdad ’s avonds in de hotelkamer overwegen, rechtvaardigt ook een hogere prijs. Een ernstig dilemma verstoort de slaap en ook de airco valt weer uit. Een besluit wordt genomen: morgen kan de vergever van de order een ‘knock-out’-bod onder de tafel verwachten. In diens staat zal niemand daarmee zitten, want corruptie is de smeerolie van dat soort landen.

Dat is de praktijk in heel veel delen van de wereld, ook trouwens in het onze. We hoeven maar te denken aan de Prins Bernhard-affaire, of aan sommige wethouders die gunsten te vergeven hadden. Met de ethiek komen we niet veel verder. Omkoping mag niet, maar is in de meeste landen een bijna onuitroeibaar verschijnsel. Zaken en ethica gaan nu eenmaal niet goed samen.