De Chinese export steeg harder dan verwacht. Analisten hadden in doorsnee gerekend op een stijging van 15 procent, wat een minder hoog tempo zou zijn geweest dan de 17,9 procent groei in juni.

China exporteerde vorige maand voor omgerekend 101 miljard dollar meer dan dat het importeerde. Dat is het hoogste handelsoverschot sinds 1987, toen de metingen begonnen.

Experts rekenden op een minder sterke toename van de export doordat veel rijke landen kampen met hoge inflatie en de wereldwijde economische groei vertraagt. Een enquête onder fabrikanten wees bovendien op krimp in de omvangrijke Chinese industrie.

Mogelijk wilden westerse importeurs van Chinese goederen verdere prijsstijgingen voor zijn door nu al voorraden aan te leggen voor het feestdagenseizoen, oppert hoofdeconoom Bruce Pang van vermogensbeheerder en vastgoedinvesteerder Jones Lang Lasalle.

Daarnaast zorgden strenge lockdowns eerder dit jaar nog voor grote verstoringen in de logistiek. Die problemen zijn nu minder groot en dat zorgt er mogelijk voor dat Zuidoost-Aziatische importeurs van Chinese producten aan een inhaalslag zijn begonnen.

Een analist van denktank Zhixin Investment Research Institute wijst erop dat de export vooral is gestegen door hogere prijzen. Het volume aan uitgevoerde goederen daalde in juli.

China importeerde 2,3 procent meer dan een jaar eerder. Dat is minder dan kenners in doorsnee hadden verwacht. Daarbij daalde de invoer van ruwe olie en chips aanzienlijk, wat mogelijk wijst op een minder sterke exportgroei de komende tijd. Dit zijn namelijk goederen die Chinese fabrieken vaak gebruiken voor producten die ze aan het buitenland verkopen.