Evofenedex: ‘Brussel heeft ons tot nu toe aan het lijntje gehouden’

Interview

De hoge containertarieven spelen de verladers al sinds het begin van de coronacrisis parten. Ondernemersvereniging Evofenedex laat een onderzoek uitvoeren door consultant CDC, met de hoofdvraag of er sprake is van machtsmisbruik door rederijen. De vereniging zette het onderzoek op touw samen met de Europese belangenorganisatie Cepi (Confederation of European Paper Industries) en de European Shippers’ Council. Godfried Smit, manager European Affairs bij Evofenedex, vertelt over het belang van het onderzoek.

Godfried Smit
Godfried Smit, secretaris-generaal van de European Shippers’ Council (ESC). Foto: Evofenedex

Welke problemen ondervinden verladers?

Ik krijg vrij geëmotioneerde verhalen van verladers te horen over de huidige ongeëvenaarde situatie. Zo blijft er soms lading staan. Voor midden- en kleinbedrijven is het soms überhaupt niet meer mogelijk om goederen te laten transporteren doordat de tarieven zo hoog zijn dat er geen winst meer kan worden gemaakt. Dat geldt met name voor bedrijven die laagwaardige goederen laten vervoeren. Voor die categorie zijn transportkosten zeer bepalend. Verder worden er boetes uitgedeeld als goederen te laat komen. Daar hebben onze leden rechtstreeks problemen mee. Door de problematiek gaan verladers steeds vaker binnen Europa op zoek naar afnemers. Er is bij mij overigens nog geen faillissement gemeld als gevolg van de torenhoge tarieven.

Wat is de aanleiding van het onderzoek?

De afgelopen jaren hebben we heel veel gesprekken gevoerd met DG COMP, de concurrentiewaakhond in Europa op dit gebied, maar die leidden tot niets concreets. Voordat zij tot mogelijke actie overgaan, willen zij eerst een onderbouwd rapport zien waarin duidelijk met cijfers aangeven wordt hoe de Block Exemption Regulation heeft geleid tot machtsmisbruik door de rederijen. De containerrederijen kunnen nog steeds bogen op de Block Exemption Regulation, een vrijstelling van mededingingsregels die hen in staat stelt om geheel legaal geheime afspraken te maken over bijvoorbeeld de in te zetten scheepscapaciteit.

Wat wordt er precies onderzocht?

De cijfers van de verladers – prijzen die worden gehanteerd – worden geanalyseerd om te bepalen of er sprake is van vrije prijsvorming. Hoe is er gereageerd door verschillende aanbieders op de krapte in de markt? Zijn dat reflexen geweest die passen in een zo min mogelijk gereguleerde markt, of blijkt daaruit dat rederijen op elkaar zijn gaan reageren wat betreft tarieven?

Hoe ziet het onderzoek er in de praktijk uit?

Het onderzoek bestaat uit een vragenlijst van 22 vragen die onder andere gaan over contracten, spotprijzen, betrouwbaarheid, hoe lang transport onderweg is, totale vrachtkosten en andere kostencomponenten. Het zijn geen open vragen. Het is meer een verzoek aan de verladers om data aan te leveren, zoals gegevens uit de financiële administratie van de periode van maart tot en met december 2020. In een digitaal platform kunnen de bedrijven hun gegevens uploaden. Aan het onderzoek doen twaalf verladers mee die afkomstig zijn uit onder andere Scandinavië, Nederland en Frankrijk. Ik mag geen namen noemen, maar ik kan wel zeggen dat het multinationals zijn uit de papierindustrie en de chemie. De vragenlijsten zijn eind vorige maand uitgestuurd. Nu is de consultant bezig met het verzamelen van de relevante gegevens van de bedrijven. Begin december start het analyseren van de data. Een externe professor gaat het rapport schrijven.

Wat is het doel van het onderzoek?

Er moet worden onderzocht of de reders in lijn met de wetgeving handelen of dat er toch nadrukkelijk misbruik wordt gemaakt van hun positie. Dat is zo als een van de grote maatschappijen begint met tariefverhoging en dat de anderen direct volgen. Dan wordt er niet meer gekeken naar vraag en aanbod, maar gaan ze op elkaar reageren. Het meest vergaande wat betreft de wet overtreden, zou het zijn als rederijen onderling prijsafspraken zouden maken. Dat verwacht ik niet zozeer. Maar dit soort tendensen zie je bijvoorbeeld wel in toeslagen die worden berekend.

Wat gaat er gebeuren met de resultaten van het onderzoek?

Evofenedex bepaalt samen met de andere partijen of er voldoende aanwijzingen uit het onderzoek naar voren zijn gekomen om een claim te kunnen onderbouwen naar de Europese Commissie. Dat wordt een soort go- of no-go-moment. Ik verwacht dat begin volgend jaar de resultaten binnen zijn. Het ultieme doel is niet zozeer dat verladers geld kunnen terugkrijgen. We willen met name de Europese Commissie verleiden om een actievere rol te spelen. Tot nu toe hebben ze ons aan het lijntje gehouden. Zolang wij niet met onderbouwde gegevens komen, komt Europa niet in actie.

Wat zou de Europese Commissie moeten doen als je die onderbouwing straks wel zou leveren?

Onderzoek doen in de containermarkt en de markt meer monitoren. Zoals bijvoorbeeld de Federal Maritime Commission in de Verenigde Staten heeft gedaan. Uit dat onderzoek kwam de conclusie dat er geen sprake was van inbreuk op de competitieregels.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af

Start abonnement

Evofenedex: ‘Brussel heeft ons tot nu toe aan het lijntje gehouden’ | NT

Evofenedex: ‘Brussel heeft ons tot nu toe aan het lijntje gehouden’

Interview

De hoge containertarieven spelen de verladers al sinds het begin van de coronacrisis parten. Ondernemersvereniging Evofenedex laat een onderzoek uitvoeren door consultant CDC, met de hoofdvraag of er sprake is van machtsmisbruik door rederijen. De vereniging zette het onderzoek op touw samen met de Europese belangenorganisatie Cepi (Confederation of European Paper Industries) en de European Shippers’ Council. Godfried Smit, manager European Affairs bij Evofenedex, vertelt over het belang van het onderzoek.

Godfried Smit
Godfried Smit, secretaris-generaal van de European Shippers’ Council (ESC). Foto: Evofenedex

Welke problemen ondervinden verladers?

Ik krijg vrij geëmotioneerde verhalen van verladers te horen over de huidige ongeëvenaarde situatie. Zo blijft er soms lading staan. Voor midden- en kleinbedrijven is het soms überhaupt niet meer mogelijk om goederen te laten transporteren doordat de tarieven zo hoog zijn dat er geen winst meer kan worden gemaakt. Dat geldt met name voor bedrijven die laagwaardige goederen laten vervoeren. Voor die categorie zijn transportkosten zeer bepalend. Verder worden er boetes uitgedeeld als goederen te laat komen. Daar hebben onze leden rechtstreeks problemen mee. Door de problematiek gaan verladers steeds vaker binnen Europa op zoek naar afnemers. Er is bij mij overigens nog geen faillissement gemeld als gevolg van de torenhoge tarieven.

Wat is de aanleiding van het onderzoek?

De afgelopen jaren hebben we heel veel gesprekken gevoerd met DG COMP, de concurrentiewaakhond in Europa op dit gebied, maar die leidden tot niets concreets. Voordat zij tot mogelijke actie overgaan, willen zij eerst een onderbouwd rapport zien waarin duidelijk met cijfers aangeven wordt hoe de Block Exemption Regulation heeft geleid tot machtsmisbruik door de rederijen. De containerrederijen kunnen nog steeds bogen op de Block Exemption Regulation, een vrijstelling van mededingingsregels die hen in staat stelt om geheel legaal geheime afspraken te maken over bijvoorbeeld de in te zetten scheepscapaciteit.

Wat wordt er precies onderzocht?

De cijfers van de verladers – prijzen die worden gehanteerd – worden geanalyseerd om te bepalen of er sprake is van vrije prijsvorming. Hoe is er gereageerd door verschillende aanbieders op de krapte in de markt? Zijn dat reflexen geweest die passen in een zo min mogelijk gereguleerde markt, of blijkt daaruit dat rederijen op elkaar zijn gaan reageren wat betreft tarieven?

Hoe ziet het onderzoek er in de praktijk uit?

Het onderzoek bestaat uit een vragenlijst van 22 vragen die onder andere gaan over contracten, spotprijzen, betrouwbaarheid, hoe lang transport onderweg is, totale vrachtkosten en andere kostencomponenten. Het zijn geen open vragen. Het is meer een verzoek aan de verladers om data aan te leveren, zoals gegevens uit de financiële administratie van de periode van maart tot en met december 2020. In een digitaal platform kunnen de bedrijven hun gegevens uploaden. Aan het onderzoek doen twaalf verladers mee die afkomstig zijn uit onder andere Scandinavië, Nederland en Frankrijk. Ik mag geen namen noemen, maar ik kan wel zeggen dat het multinationals zijn uit de papierindustrie en de chemie. De vragenlijsten zijn eind vorige maand uitgestuurd. Nu is de consultant bezig met het verzamelen van de relevante gegevens van de bedrijven. Begin december start het analyseren van de data. Een externe professor gaat het rapport schrijven.

Wat is het doel van het onderzoek?

Er moet worden onderzocht of de reders in lijn met de wetgeving handelen of dat er toch nadrukkelijk misbruik wordt gemaakt van hun positie. Dat is zo als een van de grote maatschappijen begint met tariefverhoging en dat de anderen direct volgen. Dan wordt er niet meer gekeken naar vraag en aanbod, maar gaan ze op elkaar reageren. Het meest vergaande wat betreft de wet overtreden, zou het zijn als rederijen onderling prijsafspraken zouden maken. Dat verwacht ik niet zozeer. Maar dit soort tendensen zie je bijvoorbeeld wel in toeslagen die worden berekend.

Wat gaat er gebeuren met de resultaten van het onderzoek?

Evofenedex bepaalt samen met de andere partijen of er voldoende aanwijzingen uit het onderzoek naar voren zijn gekomen om een claim te kunnen onderbouwen naar de Europese Commissie. Dat wordt een soort go- of no-go-moment. Ik verwacht dat begin volgend jaar de resultaten binnen zijn. Het ultieme doel is niet zozeer dat verladers geld kunnen terugkrijgen. We willen met name de Europese Commissie verleiden om een actievere rol te spelen. Tot nu toe hebben ze ons aan het lijntje gehouden. Zolang wij niet met onderbouwde gegevens komen, komt Europa niet in actie.

Wat zou de Europese Commissie moeten doen als je die onderbouwing straks wel zou leveren?

Onderzoek doen in de containermarkt en de markt meer monitoren. Zoals bijvoorbeeld de Federal Maritime Commission in de Verenigde Staten heeft gedaan. Uit dat onderzoek kwam de conclusie dat er geen sprake was van inbreuk op de competitieregels.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af

Start abonnement