Wat is jullie aanpak als het om zero-emissiezones in de binnenstad gaat?

Wij werken in Amsterdam met een stadshub. Van daaruit leveren we in Amsterdam en de omgeving. De rest van het gebied dat we met dat filiaal doen, zie je steeds meer verkleinen en het transport wordt steeds meer gericht op de binnenstad. Een aantal jaren geleden zijn we in Amsterdam gaan investeren in elektrificatie van voertuigen. Ik denk persoonlijk gezien misschien zelfs wel een beetje te laat, maar in ieder geval in vergelijking met andere bedrijven zijn we ruim op tijd.

Waar ligt jullie focus bij uitstootvrije stadslogistiek?

Wij concentreren ons in eerste instantie op Amsterdam, maar het gaat natuurlijk ook om andere steden als Utrecht, Rotterdam. In Amsterdam hebben we nu de meeste voertuigen rijden.

Bij zero-emissiezones denken de meeste mensen snel aan de driehoek Rotterdam, Amsterdam en Utrecht. Maar in Purmerend en Hoorn komen ook zero-emissiezones. Dus uiteindelijk moet je daar ook goed voorbereid zijn. Je moet niet vergeten dat je in Apeldoorn ook stroompunten nodig hebt. Je moet daar ook elektrische voertuigen kunnen opladen.

Wat voor invloed hebben die elektrische voertuigen op jullie planning?

Qua hub is het hetzelfde. We hadden altijd al dikkere stromen, het liefst in LZV’s, die we crossdockten naar distributievoertuigen. Alleen is in die zin veranderd dat je het laatste stuk nu met een elektrisch voertuig doet.

Je ziet dat je oplaadmomenten of actieradius veel meer een rol spelen in de ritplanning dan bij andere voertuigen. Je wilt je vloer optimaal benutten, dus we spreiden onze ritten nu meer. Aan de andere kant biedt dat ook kansen. Wij bieden onze klanten extra leveringsmomenten aan. Je kan bij ons later nog op de dag spullen aanleveren, zodat niet alles op een piekmoment binnenkomt. Daardoor kunnen we soms dezelfde dag nog leveren in Amsterdam.

Ook wil je met de hubs zo dicht mogelijk op de werkplaats zitten. Want hoe verder je moet aanrijden, hoe meer je verliest op je actieradius. En als je daar een grotere accu voor nodig hebt, wordt dat duurder en zwaarder. Dan lever je ook weer in op je laadvermogen.

Dat zijn best wel complexe berekeningen, wij hebben zo’n 700 voertuigen. Als je dat voor al die voertuigen even moet verzinnen, dan is dat best een klus. Gelukkig hebben wij iemand daarop zitten die zich dagelijks met dat bezig houdt.

Elektrificatie vergt flinke investeringen, hoe bekostigen jullie het?

We werken daarin deels samen met klanten. Bijvoorbeeld met bedrijven die zelf geen elektrische wagens wilden kopen en ervoor kozen om dat uit te besteden. We hebben ook een aantal voertuigen gewoon echt aangeschaft voor onszelf.

Als we zouden wachten tot elke klant eraan toe is om hierin te investeren, dan redden we het niet. Het heeft ons wel geholpen in het begin. Zeker tien jaar geleden ging dat allemaal niet zonder slag of stoot. De techniek was nog best wel onbetrouwbaar. In het begin werd onze eerste elektrische bakwagen vaker aangedreven door de dieselmotor van het bergingsvoertuig dan door de elektrische bakwagen zelf. Maar inmiddels is de techniek natuurlijk verbeterd.

Veel transporteurs moeten nog beginnen met elektrificeren. Wat kun je hen meegeven?

Begin op tijd. Wij hebben nu al zo’n tien, twaalf jaar ervaring. Sinds tien jaar zijn we echt operationeel. Daarvoor hadden we er al twee jaar opzitten vol onderzoek met subsidies. Daarin zijn we door schade en schande wijs geworden. Je wilt dat natuurlijk niet op het laatste moment doen. En het zijn best lastige beslissingen.