Voor een derde vrachtvliegtuig, dat inmiddels weer in bezit is van BOC, werd een kleinere compensatie van 50 miljoen dollar toegewezen.

AirBridgeCargo werd op 5 maart 2022 getroffen door westerse sancties als gevolg van de Russische inval in Oekraïne. Die maatregel zorgde er onder meer voor dat de vrachtmaatschappij niet langer welkom was in Europa en Noord-Amerika en ook niet langer kon voldoen aan de leaseverplichtingen (zoals het verzekeren van de freighters) jegens BOC Aviation, waardoor de vliegtuigen contractueel direct opeisbaar waren voor eigenaar.

Vliegverbod

Ten tijde van de sancties bevonden de drie vrachtjumbo’s zich buiten het grondgebied van Rusland op de Chinese luchthavens van Shanghai, Hong Kong en Zhengzhou. Ofschoon de leasemaatschappij al op de dag van de sancties een vliegverbod had opgelegd en het luchtwaardigheidscertificaat van een toestel was ingetrokken, vloog ABC op 6 maart twee van de drie B747-8F’s stiekem terug van China naar Moskou. Daar bevinden de twee vrachtjumbo’s zich, ruim een jaar later, nog steeds. Het derde vrachtvliegtuig stond op de luchthaven van Hongkong en kon na een maand procederen wel succesvol door BOC Aviation naar de VS worden gehaald.

Diefstal

De Amerikaanse rechter sprak in het 57-pagina’s tellende vonnis van een diefstal van de vrachtvliegtuigen door Rusland, waardoor de rechten van BOC werden geblokkeerd om de vrachtvliegtuigen terug te krijgen. Hij verwees tevens het verweer van AirBridgeCargo van de hand dat het ‘onmogelijk was geweest’ om de vrachtvliegtuigen in China aan de grond te houden aangezien het een directe order kreeg van de Russische regering om ze terug te vliegen naar Moskou.

De drie geleaste B747-8F’s waren onderdeel van een omvangrijk vrachtvloot van ABC van zestien vliegtuigen, bestaande uit 12 B747-8F’s, 3 B747-400ERF’s en 1 B777-200F. Die vloot, deels eigendom van westerse leasemaatschappijen, staat momenteel nog steeds werkeloos aan de grond in Rusland.

Het is onbekend of ABC en Volga Dnepr tegen de uitspraak in beroep gaan.