‘Als spoorvervoerder heb je over een deel van je kostprijs geen controle. De kosten die je moet betalen voor bijvoorbeeld het gebruik van het spoor of voor het ombouwen van locomotieven naar het beveiligingssysteem ETCS of nieuwere versies daarvan, worden door de overheid bepaald. Op dit moment ervaren wij een hoge kostendruk. Zeker nu we te maken hebben gekregen met de hogere prijzen voor elektriciteit. De dieselprijs ligt daarentegen juist heel laag. Op dit moment is wegvervoer op veel trajecten goedkoper dan spoorvervoer en zie je een omgekeerde modal shift ontstaan.
Nu zijn er nog geen kosten verbonden aan CO2-uitstoot. Daardoor kiezen sommige bedrijven in dit soort tijden weer rücksichtslos voor het goedkopere wegtransport. Je ziet heel veel groene initiatieven van verladers. Maar als de markt een beetje tegenzit, pauzeren ze die en vervoeren ze hun vracht toch weer via de weg. Wij zien op dit moment als spoorvervoerder dan ook dat in het intermodaal vervoer de bezetting op treinen lager is geworden. Ook de lange afstanden worden weer vaker met de truck afgelegd.
Door aan uitstoot via transport een prijskaartje te hangen, gaat dit veel meer meewegen in de keuzes die verladers maken. Het heeft direct impact op wat een bedrijf doet. Je kunt je CO2-rechten bijvoorbeeld verkopen of ze gebruiken om je productie te verhogen. Natuurlijk hebben bedrijven vaak wel al een ambitie om duurzaam te zijn, maar op deze manier hou je ze ook financieel gemotiveerd.
Door het ETS-systeem verwacht ik dan ook dat railvervoer veel aantrekkelijker wordt als schoonste modaliteit. Ik denk dat spoorvervoer de komende jaren alleen nog maar minder milieubelastend gaat worden door alle ontwikkelingen die nu plaatsvinden. Bijvoorbeeld op het gebied van 740 meter-treinen en het rijden met zwaardere treinen. In 2025 kunnen we met het spoor bovendien transport zonder uitstoot aanbieden. Daar komt bij dat het spoor er al ligt en het overgrote deel van de lijnen geëlektrificeerd zijn. Door de komst van elektrische rangeerlocomotieven zou je zelfs geen uitbreiding van de energie-infrastructuur, zoals waterstoftankstations of oplaadpunten voor trucks, meer nodig hebben.
Natuurlijk kun je niet alle transporten zomaar vervangen door spoorvervoer. Wegvervoer zul je altijd nodig hebben. Maar door het ETS-systeem toe te passen op het wegvervoer, stimuleer je de verlader om wegtransport alleen te gebruiken voor de first- en last mile of het shunten tussen terminals. Europa wil dat 30% van het vervoer in 2030 via het spoor gaat. Nu zitten we op 17%. Als ik kijk naar hoe het er nu voorstaat met bijvoorbeeld de infrastructuur, zie ik dat nog niet gebeuren. Maar het ETS-systeem kan in ieder geval een boost geven.’
U las zojuist één van de gratis premium artikelen
Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af
Bent u al abonnee?