Bij wegtransport heb je heldere kaders nodig om de transitie te versnellen. Daarom zijn regels – zoals een verbod op de verbrandingsmotor – nodig. Al verwacht ik dat de transitie er zelfs zonder regels wel zou komen. Benzine en diesel zijn in sommige derdewereldlanden nu al onbetaalbaar ten opzichte van het inkomen. Daar is geen CO2-uitfaseringswet nodig en gaat het om puur om de betaalbaarheid.

Bij transport is de beschikbaarheid van de juiste infrastructuur een belangrijk punt. Als we dat goed regelen, zijn er genoeg ondernemers die investeren in technologie met een lage CO2-voetafdruk. Want ook het transport wordt meegenomen in de berekening van de uitstoot van een product.

Door dit soort wetgeving hebben we wel iets meer controle over de transitie, dat is belangrijk voor de producenten van de voertuigen en voor de afnemers. Iedereen weet wat er op ze afkomt en wanneer ze nieuwe technologie moeten kopen in plaats van oude.

Europa is daarom tegelijkertijd bezig met nadenken over hoe we waterstof competitief kunnen maken met diesel, bijvoorbeeld door het creëren van Contract for Differences, CfD’s. Voor een duurzame transitie moeten ondernemers natuurlijk wel over een business­case beschikken. Vanuit Europa willen we als overheid het risico deels op ons nemen om nieuwe technologie de kans te geven. Het zijn geen subsidies, maar een garantie op de maximumprijs. Als de prijzen dalen, hoeven we niet bij te springen.

We kijken naar de uitstoot bij de uitlaat, dat maakt wetgeving technologieneutraal. We vinden niet dat het óf elektrisch óf via waterstof moet gaan. Elektrische vrachtwagens zijn namelijk ook heel interessant, die ontwikkelingen gaan snel. Ook komen we met de nieuwe alternatieve brandstoffenverordening waarin bepaald wordt waar je toegang moet kunnen krijgen tot welke alternatieve brandstof.

Synthetische brandstoffen zijn misschien nodig voor gevallen waarin geen alternatieven zijn, zoals wellicht bij langeafstands­transport. Maar dat moet dan wel echt goed gereguleerd zijn en beter voor het milieu. Brandstoffen op basis van CO2 die we eerst uit de lucht halen, kunnen ook een optie zijn, want het moet wel circulair. Die technologie hebben we waarschijnlijk echter ook nodig voor de lucht- en scheepvaart. En je wilt niet dat sectoren met elkaar concurreren om beperkt beschikbare synthetische brandstoffen nog voordat de technologie is opgeschaald. Dus laten we ervoor zorgen dat de infrastructuur voor groene waterstof en elektriciteit goed is, dan hebben we de synthetische brandstoffen helemaal niet nodig voor het wegvervoer. Als we kunnen zorgen voor een goede business­case, zijn er geen dieseltrucks meer nodig.’

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af

Start abonnement