Sinds 1 juli 2021 beschikt België, als een van de eerste landen ter wereld, over een wettelijke kader voor proefprojecten met autonome vaartuigen in het Belgisch deel van de Noordzee. Intussen raakten hiervoor al zestien projecten goedgekeurd. De overeenkomst met Denemarken en het VK maakt het deze vaartuigen gemakkelijker de maritieme grenslijn van België over te steken.

In juni van dit jaar bespraken Belgisch federaal minister van de Noordzee Vincent Van Quickenborne en de Britse minister Charlotte Vere in het kader van een betere maritieme samenwerking het faciliteren van autonome scheepvaart. Ze speelden hiermee een voortrekkersrol, waarbij Denemarken zich later aansloot.

Weldra mogen Belgische autonome vaartuigen niet alleen de Belgische maritieme wateren bevaren, maar wordt het ze ook toegestaan de grens over te steken, zonder twee of drie afzonderlijke vergunningen afzonderlijk te moeten aanvragen. De administratie die de aanvragen afhandelt zal dit bundelen en hiervoor bij de aanvrager de nodige informatie en documenten aanvragen.

Het verdrag is een intentieverklaring. Experts van alle drie de landen zullen samenzitten om wat erin beschreven staat in praktijk te implementeren. De Belgische administratie kan nu nog niet aangeven wat er exact nodig is om in Deense en Britse wateren te varen, maar in de toekomst zal dit wel zo zijn. De exacte tijdslijn zal afhangen van hoe verschillend de procedures zijn die men wil harmoniseren.