Zo heeft het parlement zich uitgesproken voor uitbetaling van het in de verschillende 28 EU-lidstaten geldende minimumloon voor werkzaamheden die een chauffeur in die landen verricht. Het criterium daarbij is dat het uurloon van toepassing is in het land van lossing.

Dit betekent in de praktijk dat een Roemeense of Bulgaarse chauffeur die een internationale rit uitvoert naar bijvoorbeeld de Benelux, Duitsland of Frankrijk voor zijn/haar werkzaamheden in West-Europa wordt betaald volgens het uurloon dat in die West-Europese landen. Dat schommelt rond de tien euro en is daarmee veel hoger dan wat in de meeste Oost-Europese landen per uur wordt uitbetaald.

Detacheringsregels aangenomen

Het Europees Parlement verwierp vorig jaar het hele door de Commissie voorgestelde pakket, omdat het op onderdelen geen meerderheid kon vinden. Ook bij de stemming van afgelopen week ging het EP niet met alle elementen van het pakket akkoord. Zo bleef de referentieperiode van de verplichte wekelijkse rust op twee weken, terwijl de Commissie hiervan vier weken had willen maken. Het komt er op neer dat een chauffeur over een tijdspanne van veertien dagen moet kunnen blijven verantwoorden dat hij/zij in die periode aan de wettelijke rij- en rusttijden heeft voldaan.

Met de parlementaire aanname van de hoofdonderdelen van het pakket wordt ook de nieuwe detacheringsrichtlijn aangenomen. Een werknemer die door de werkgever wordt uitgezonden naar een andere lidstaat dient op dag één van de uitzending te voldoen aan de basisvoorwaarden die in het ontvangende land van kracht zijn, zoals minimumloon, afdracht van sociale verzekeringspremies en belastingen.

Wegvervoer blij met snel besluit

Het wegvervoer is blij dat de behandeling van het Commissie-voorstel nu tenminste heeft plaatsgevonden vóór de Europese verkiezingen, die tussen 23 en 26 mei dit jaar worden gehouden. Transport en Logistiek Nederland (TLN) vreesde een langdurig uitstel van de besluitvorming. Dergelijk uitstel zou onder meer hebben geleid tot vertraging van de invoering van de ‘slimme’ tachograaf, die veel betere handhaving van de wet- en regelgeving in het wegvervoer mogelijk maakt.

Deze organisatie stelt tevreden vast dat de detacheringsregels niet van toepassing zijn op bilateraal vervoer en op transitovervoer. Een chauffeur die een lidstaat alleen doorkruist, maar er geen laad- en loswerk verricht, behoeft dus niet aan de minimumarbeidsvoorwaarden in dat land te voldoen.

Het Europarlement heeft verder goedgekeurd dat een chauffeur in het internationale vervoer niet binnen drie, maar binnen vier weken het eigen land weer moet bezoeken. De meeste organisaties in het goederenvervoer zijn het daar ook mee eens.

Cabotage

Een belangrijk punt in het nu door het EP aangenomen pakket is dat op cabotagevervoer wèl alle bepalingen van de nieuwe detacheringsregels van toepassing zijn. Dit leidt er in de praktijk toe dat bijvoorbeeld een Roemeen in de Benelux wel een – beperkt – aantal binnenlandse ritten met lading en lossing mag uitvoeren, maar dan ook volgens de beloningsnormen van het ‘gastland’ moet worden beloond.

Daarbij is cabotage niet verruimd. Dat zal moeilijk vallen bij werkgevers van chauffeurs die in den vreemde werk verrichten. Voortaan wordt de regel van kracht dat een chauffeur na een internationaal vervoer en lossing van het voertuig maximaal drie dagen per week binnenlands vervoer in het gastland mag verrichten en daarna weer minimaal zestig uur de grens over moet.

Cabineslapen

Aan het zogenoemde ‘cabineslapen’ komt een einde. De chauffeur mag uiteraard best een dutje blijven doen in de vrachtauto, maar mag voortaan de verplichte wekelijkse rust niet in het voertuig doorbrengen. De chauffeur dient daartoe een vast onderkomen, zoals een motel, hotel, bed and breakfast, op te zoeken, op kosten van de werkgever.

Er lag eerder in het EP een voorstel van de Nederlandse Europarlementariër Wim van de Camp (CDA), om het cabineslapen op beveiligde parkeerplaatsen met goed sanitair en een behoorlijk wegrestaurant in de buurt toe te staan, maar dat heeft het ook nu in het EP niet gehaald.

Volgende stap

De volgende stap in de besluitvorming over het Mobiliteitspakket is dat de Europese Commissie en de Europese Raad van Ministers zich over de wijzigingen die het Europees Parlement voorstelt, zullen moeten buigen. Dat gebeurt vermoedelijk pas in het najaar. Daarbij komt dat het EP tegen die tijd in nieuwe samenstelling aantreedt en het dus nog niet gezegd is dat de huidige meerderheid stand zal houden.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af

Start abonnement