De ‘Aura’ vaart op een vrijdagochtend eind januari met 42 lege containers naar Steinweg in de Waalhaven. Later die dag halen Remmelzwaal en zijn zoon Tim nog dertig veertigvoeters op in de Botlek om ze naar de Maasvlakte te brengen. Het vletten heeft een strakke planning. Het is korte afstanden varen en tussendoor veel wachten rondom het laden en lossen van containers. In de Waalhaven zit er een dik uur tussen het aanmeren en het lossen van de containers.
‘Het is wel eens lang wachten, ja’, zegt Remmelzwaal. ‘Daar heb je geen invloed op. Met vletwerk wordt de planning geregeld aangepast om het schema passend te maken.’ Toch vindt de schipper vletten ‘overzichtelijk’. ‘We zijn altijd in de Rotterdamse haven, we kennen het op ons duimpje. Ook zijn de werkdagen overzichtelijk. Wel zo prettig als je een gezin aan wal hebt.’
Op sokken
Van maandagochtend vroeg tot en met zaterdagmiddag vaart de familie Remmelzwaal op binnenvaartschip ‘Aura’ in Rotterdam. Het schip is van de familie, ze verhuren het aan Contargo. De barge operator regelt de planning. Op het voorsteven wapperen nog vlaggen van Honkoop Barging, recent samengegaan met Contargo. Dirk: ‘Voor ons is er niets veranderd. Henri Honkoop is nog altijd ons aanspreekpunt.’
Dirk schopt bij het binnenstappen van de stuurhut zijn klompen uit. Op sokken neemt hij plaats op de kapiteinsstoel. Het ruikt er naar verse koffie. Zowel Dirk als Tim kunnen niet helemaal rechtop staan in de stuurhut. Ze zijn te lang. ‘Bij de volgende verbouwing komt dat goed’, lacht Dirk. ‘Dan maken we een zithoekje erbij en een verlaagd klein keukentje.’
Tekst gaat verder onder de foto

Dirk en zonen William en Tim zijn afwisselend met z’n tweeën of drieën aan boord, vier of zes dagen. Op zondag wordt er niet gewerkt. Dirk: ‘Dat heeft te maken met het geloof inderdaad, maar los daarvan is het goed om een weekend te hebben en uit te rusten.’
Het vletten in Rotterdam draait voor de ‘Aura’ meestal rond die containers vol met friet. ‘Het is bijna dagelijkse kost’, vertelt Dirk. ‘Als we ’s middags in de Eemhaven moeten zijn, dan vouwt de rest van de planning zich daar zo’n beetje omheen.’
In de Waalhaven besluit Dirk het schip dit keer vooruit langs de kade te steken. ‘Normaal gezien zou ik dat achteruit doen, maar ik vind het nu te druk op het water om te draaien.’ De 42 lege containers moeten bij Steinweg worden gelost. De mannen aan wal zijn net met lunchpauze. ‘Zo ervaar je meteen wat dit werk soms ook inhoudt: wachten.’
Vletwerk genoeg, ook wanneer de CER er is
Contargo heeft vier schepen vast in het vletwerk varen in Rotterdam. Het kleinste schip kan 32 teu vervoeren, het grootste 368 teu. De ‘Aura’ heeft een capaciteit van 72 teu en kan dertig reefers aan de stroom zetten. Henri Honkoop, bij Contargo druk met de planning van de barges die het vletwerk in de haven doen, verwacht niet dat de ingebruikname van de Container Exchange Route (CER) in de toekomst veel gevolgen zal hebben voor het vletwerk. Want, ‘die interne baan is er alleen op de Maasvlakte’, terwijl de binnenvaart zich door de gehele haven beweegt.
Tekst gaat verder onder de foto
Dirk vaart nu dertien jaar op een binnenvaartschip. Hij is in het vak gekomen door zijn zoon William, die met een Kempenaar, eveneens ‘Aura’ genaamd, door het land voer. Dirk was toentertijd nog bedrijfsleider in de bouw, maar liet zich na een paar keer meevaren overtuigen om de overstap te maken. Hij haalde zijn papieren in België en er kwam een tweede Kempenaar, de ‘Bries’. ‘Aura’ betekent ook zoiets als ‘bries’ in het Latijn, het is een bijnaam voor de familie in hun woonplaats Katwijk.
‘We voeren altijd veel tussen Rotterdam, Vlissingen, Lelystad en Harlingen. Die lange einden waren fijn om te varen. Een tijdlang zaten we op twee schepen, allebei met een matroos. Dat was ook weer niet wat we ons ervan hadden voorgesteld. Dus toen kwam de nieuwe ‘Aura’, een 80-meter schip waar we samen op varen.’ Later sloot ook zoon Tim aan. Alle drie hebben ze de papieren.
Schipper Dirk: ‘Wie aan het roer zit, bepaalt wat er gebeurt op het schip.’
Drie kapiteins
Het wachten, zoals nu in de Waalhaven, dat vond Dirk in eerste instantie wel lastig. ‘In de bouw wordt er heel anders gewerkt. Dat we nu hier wachten totdat die containers eruit worden gehaald, daar moet je je gewoon bij neerleggen. Ze weten dat we hier om 11 uur zouden zijn. We zijn op tijd en hebben ons gemeld. Meer kan je niet doen. Soms sluiten planning en de praktijk niet op elkaar aan. Dan wacht je en dan wordt de planning voor ons vanuit Contargo weer omgegooid. De lading gaat dan met een ander mee, of komt op een ander moment.’
Tekst gaat verder onder de foto

‘Kom even beneden kijken’, zegt Dirk. ‘Ik heb net de verbouwing van de badkamer in de woning afgerond.’ De schipper heeft gouden handjes. De woning is naar eigen inzicht verbouwd en ingericht. Er is een kleine zitkamer, een woonkeuken en voor alle drie de mannen een eigen slaapkamer. Overal ligt nette vloerbedekking. ‘Dat is gedaan om zoveel mogelijk geluid te dempen. Op oude schepen gelden geluidseisen,’ legt Dirk uit. ‘Niet erg hoor, maar daarom vragen we wel aan iedereen om z’n schoenen uit te doen bij binnenkomst.’
En die verbouwing? ‘In de badkamer zat een bad, dat vond m’n vrouw altijd heerlijk. Maar nu varen we vooral met drie mannen en allemaal moesten we gebukt in de badkuip douchen. Dat is nu een comfortabele douche.’
Dirk laat de machinekamer zien. Het schip komt uit de jaren zestig. In de tussentijd is er veel gemoderniseerd. De motor heeft 36.000 vaaruren, die kan dus nog heel wat tijd mee. ‘Nee, het is geen Stage V-motor’, legt Dirk uit. ‘We denken wel na over vernieuwing, maar een nieuwe motor vraagt een enorme investering. Daar willen we verstandige keuzes in maken.’
Lange dagen
In de voorsteven is ook nog een kleine woning én een werkplaats waar met hout en metaal wordt gewerkt. ‘Dat wachten komt soms dus best goed uit,’ lacht Dirk. ‘Dan kunnen we klussen.’
‘Toch is het is in de binnenvaart wel hard werken, hoor. Vergis je niet’, vertelt de schipper. ‘Of misschien beter: het zijn lange dagen. En we proberen ons aan die tijdsloten te houden, het is in de haven ook anders varen dan als je lange einden onderweg bent.’
Eindelijk is er actie op de wal, na dik een uur stilliggen. De kraanoperator en de controleur van de lading opereren in duo. Met een spreader worden de containers in iets meer dan een uur uit het schip getild. Wanneer de losser aan de onderste laag toe is, wordt er regelmatig met de spreader gebonkt tegen de kant van het schip. ‘Deze jongen is wel goed, hoor. Hij werkt heel snel. Maar die gasten gebruiken de zijkant van ons schip om de spreader bij te sturen. Dat heb ik liever niet.’
Eenmaal leeg maakt Tim de trossen los en zonder lading vaart Dirk achteruit de Waalhaven uit. Op naar de Botlek voor die stapel veertigvoeters.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen
Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af
Bent u al abonnee?