De kwestie brengt de rederij in een lastig parket, want in enkele vergelijkbare zaken moesten reders al flinke boetes betalen, al zijn er ook rederijen die zich in FMC-procedures nog steeds met hand en tand verzetten tegen de aan hen gerichte beschuldigingen.

Van alle verladers die de laatste tijd een officiële aanklacht tegen een containerrederij hebben ingediend bij de FMC, heeft Samsung internationaal de grootste naam. De klacht is meer bepaald afkomstig van het in New Jersey gevestigde Samsung Electronics America (SEA), een bedrijf dat zichzelf een belangrijke rol toedicht in de Amerikaanse samenleving.

‘Het Amerikaanse publiek’, zo staat in de aanklacht te lezen, ‘vertrouwt op SEA voor zijn dagelijkse persoonlijke en zakelijke benodigdheden’. Telefoons, tablets, smartwatches, huishoudelijke apparaten, televisies, computers, monitors, draagbare audiospelers: om dat allemaal bij de afnemers te krijgen, is de hulp van ‘transportbedrijven als ZIM’ onontbeerlijk, aldus Samsung, en de binnenlandse ‘store door’-leveringen van de Israëlische rederij in Amerika liepen volgens de verlader over het algemeen prima tot eind 2020, toen ZIM volgens het elektronicabedrijf ‘herhaaldelijk begon te verzuimen om netjes te voldoen aan zijn verplichtingen op het gebied van binnenlands vervoer naar binnenlandse bestemmingen’.

Teleurstellende vervoersprestaties

Gedurende 2021 werd het er volgens Samsung bepaald niet beter op en werd het elektronicabedrijf door de teleurstellende binnenlandse vervoersprestaties geconfronteerd met ‘onredelijke kosten, toeslagen, vertragingen en ander leed’. Zoals ook in eerdere klachtenprocedures van Amerikaanse verladers tegen containerrederijen het geval was, heerst bij Samsung met name onvrede over de hoogte van de zogenoemde demurrage & detention-toeslagen, toeslagen die verladers aan rederijen moeten betalen als ze zeecontainers langer in bezit houden dan contractueel overeengekomen.

Conflicten tussen verladers en containerrederijen hierover zijn in de coronaperiode veelal ontstaan doordat containerterminals door congestie in de havens zo stampvol kwamen te staan, dat het voor verladers überhaupt niet mogelijk was om hun containers op tijd te retourneren. Daar komt volgens Samsung nog eens bij, dat het gedwongen werd om zelf alsnog binnenlandse transporten te regelen om producten op tijd bij Amerikaanse klanten te kunnen krijgen. De ‘wrongdoings’ van ZIM gingen volgens Samsung door tot en met het tweede kwartaal van het huidige jaar. Het aantal gevallen waarin het bedrijf in zijn maag zat met hoge d&d-toeslagen, was in de gehele periode opgelopen tot zo’n negenduizend.

Geen verantwoordelijkheid

ZIM zelf heeft gesteld dat het te kampen heeft gehad met allerlei moeilijkheden waar het zelf geen controle over had, zoals chassistekorten, chauffeurstekorten, zware weersomstandigheden, haven- en terminalcongestie, en dat de toeslagen dus voortkomen uit werkelijk gemaakte extra kosten, maar Samsung noemt dat smoesjes. De rederij had haar handtekeningen gezet onder het vervoeren van de goederen tot aan de deur van de klant, en het is juist Samsung dat geen controle heeft over de omstandigheden waaronder dat gebeurt en dat bovendien geen verantwoordelijkheid draagt, aldus het elektronicabedrijf met Zuid-Koreaanse wortels.

Hoewel verlader en containerrederij door de FMC-aanklacht nu juridisch de degens kruisen, waarbij Samsung zich verzekerd heeft van de diensten van het grote Amerikaanse advocatenkantoor Holland & Knight, was de onderlinge verstandhouding volgens het elektronicabedrijf al eerder verslechterd. ZIM heeft volgens Samsung herhaaldelijk gedreigd met strafmaatregelen als de verlader de gevraagde demurrage- & deten­tion-kosten niet zou betalen. Daarbij werd volgens de verlader onder meer gedreigd om containers niet vrij te geven of om geen nieuwe containerboekingen te accepteren.

In de ‘prayer of relief’ waarmee Samsung zijn aanklacht tegen ZIM afsluit, vraagt het elektronicabedrijf om een schadevergoeding plus ‘betaling van enig ander bedrag dat de FMC billijk acht’, aangevuld met andere maatregelen die de Amerikaanse maritieme waakhond ‘rechtvaardig en correct’ vindt. Eerdere pogingen om met ZIM zonder juridisch wapengekletter tot een vergelijk te komen, zijn volgens de verlader schromelijk mislukt.

Joe Biden

Samsung geeft in de aanklacht te kennen dat het zich gesteund voelt door uitspraken en beleidsmaatregelen van de Amerikaanse president Joe Biden, die eerder dit jaar zelfs in zijn State of the Union de containerscheepvaart op de korrel nam en betoogde dat reders moeten stoppen om Amerikaanse bedrijven en consumenten het vel over oren te trekken.

Gesteund door Amerikaanse Congresleden stuurde Biden eerder dit jaar aan op aanscherping van de Ocean Shipping Reform Act om de FMC zo meer macht te geven om bestraffend op te treden tegen containerrederijen. Hoe de toezichthouder daarbij specifiek kan optreden tegen te hoge d&d-toeslagen, moet in de wetsteksten nog steeds verder worden uitgewerkt, maar ondertussen heeft de FMC de eerste containerrederijen al op de knieën gekregen.

Hapag-Lloyd trof vlak voor de zomer een schikking van 2 miljoen dollar nadat de Duitse containerrederij in de VS door zeker twee containertruckingbedrijven was aangeklaagd wegens ‘willens en wetens’ in rekening brengen van d&d-kosten voor zeecontainers waarvoor op de containerterminals niet eens opslagruimte beschikbaar was. FMC had voor Hapag-Lloyd oorspronkelijk een veel hogere boete van 16,5 miljoen dollar in gedachten gehad.

Ook de Taiwanese containerrederij Wan Hai ging korte tijd later overstag en sloot met de FMC, dat uit eigen beweging onderzoek had ingesteld naar het bedrijf, een deal van 850.000 dollar.

Laster

De Chinese rederij Cosco sloot ook een schikking, in haar geval met de klagende verlader die een jaar geleden naar de FMC was gestapt, de Amerikaanse woonartikelenspecialist MCS, maar welk geldbedrag daarmee gemoeid was, werd geheim gehouden. MSC, aangeklaagd door datzelfde MCS, reageerde heel anders en zette de hakken in het zand, omdat de aantijgingen van de woonartikelen­specialist volgens de rederij niets anders zouden zijn dan ‘laster’.

Afgelopen september, na het aflopen van de deadline voor ’s werelds grootste containerrederij om tegenbewijzen aan te dragen, herhaalde MSC nog eens dat het niets illegaals heeft gedaan en sprak de rederij dit keer van ‘miscommunicatie’ van de kant van de verlader. MSC benadrukte dat het zich met alle macht zal blijven verzetten tegen de beschuldigingen en tegen een eventuele bestraffing.

Ook aanklachten van het Texaanse bedrijf Royal White Cement (RWC) tegen CMA CGM en van Foreign Tire Sales (FTS), een bandenimporteur uit New Jersey, tegen Evergreen hebben geresulteerd in een lang juridisch gevecht waarbij de maritieme scheidsrechter nog altijd de hand van een der kemphanen als triomfator in de lucht zal moeten steken. Hetzelfde geldt voor de zaak die de Amerikaanse cadeauartikelenhandelaar MSRF aan het begin van de zomer startte tegen HMM en Yang Ming. Ook de nu in gang gezette zaak Samsung-ZIM kan er eentje van de lange adem worden: een voorlopige beslissing moet er over een jaar zijn, de definitieve uitspraak uiterlijk in mei 2024.

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Sluit nu een abonnement af

Start abonnement