Als semi-submersible heavy lift-schip is de ‘Xin Yao Hua’ nog meer dan het doorsnee vaartuig gewend aan water: het schip heeft een laaddek van 211 bij 57 meter (pakweg twee voetbalvelden achter elkaar), een laadruimte die zo nodig onder water kan worden gezet om drijvende ladingen aan boord te kunnen nemen. Maar op de dag dat de Rotterdamse vestiging van scheepseigenaar Cosco Shipping Heavy Transport een feestje en bezichtiging op het Chinese heavy lift-schip heeft georganiseerd, komt het water vooral uit de lucht vallen en is het voor de kleine honderd gasten koukleumen geblazen als ze vanaf de kade van de Beatrix-terminal van Steinweg in het Waal-/Eemhaven-gebied de ladder naar het laaddek van het megavaartuig opklauteren.

Feestje

Op het dek aangekomen, staan Chinese bemanningsleden veiligheidshelmen uit te delen. Even verderop zijn twee van hun collega’s druk bezig om vrolijk vonkend iets te lassen. Als uw NT-verslaggever na een korte wandeling over een stukje van het uitgestrekte laaddek, dat op dat moment leeg en druilerig is, arriveert bij de bovenbouw van het schip en naar de lift wordt gedirigeerd, komt daar het eerste teken dat er daarboven, hoog en droog, wel degelijk een feestje wordt gehouden: tegelijk gaat een Nederlandse cateraar mee naar boven die een koelbox vol oesters bij zich heeft.

De bemanning zelf, 27 man sterk en volledig van de Chinese nationaliteit, heeft boven onder meer noodles, rijst en gefrituurde visballetjes klaargezet, waarmee liefhebbers van de Aziatische keuken ook aan hun trekken komen. De ingenomen calorieën kunnen meteen weer worden verbrand met het belangrijkste programma-onderdeel: via het trappenhuis worden de gasten door fleetmanager Wang Yan Min in kleine groepjes nog verder mee naar boven genomen om een kijkje te nemen op de brug van het schip.

Aan weerszijden van de brug bevinden zich tientallen beeldschermen, verschillende soorten meters, talloze knoppen en allerlei telefoons, alsmede printmachines, joysticks en keyboards. Een van de aanwezige scheepsofficieren legt uit dat alle apparatuur in het instrumentenpaneel dat zich bevindt aan de kant waar je door de ramen uitkijkt over het ladingdek, is bestemd voor de vrachtoperatie. Zo bevindt zich hier de techniek waarmee het laaddek kan worden afgezonken. ‘Of we er gebruik van maken, hangt af van het soort lading’, aldus de officier. ‘Zo nodig kan het dek ruim dertig meter onder het wateroppervlak verdwijnen. Dat proces duurt drie tot vier uur. Om het dek met lading en al weer naar boven te halen, duurt vervolgens zes tot acht uur.’

Komt het schip op zee onverhoopt terecht in heel slechte weersomstandigheden, dan komt het afzinkbare dek ook van pas en helpt het om het dek een beetje, ongeveer een meter, onder water te laten zakken. ‘Maar we beschikken ook over prima apparatuur om het weer te voorspellen, en het is beter om een wat andere koers te varen en slecht weer te ontwijken.’

Aan de andere kant van de brug, een paar stappen verderop, bevindt zich alle apparatuur voor de navigatie van het bakbeest van een schip dat de ‘Xin Yao Hin’ is. ‘Kijk’, zo zegt de scheepsofficier die de rondleiding op de brug verzorgt geamuseerd, ‘Ons stuur is kleiner dan dat van een personenauto.’ Hij vertelt verder dat alle apparatuur in tweevoud aanwezig is en dat de aanwezige officieren – naast de kapitein zijn steeds drie collega’s aan het werk op de brug – de complete dashboards op hun duimpje kennen.

Zware lading vervoeren betekent zwaar werk, maar na zes à zeven maanden werken op het schip, kunnen de bemanningsleden thuis in China vier à vijf maanden uitblazen, vertelt de officier.

Exportbeperkingen

Uitgerekend op de dag van het Rotterdamse Cosco-feestje haalt de Chinese overheid venijnig uit naar Nederland vanwege de exportbeperkingen die de Nederlandse regering wil opleggen aan chipmachinefabrikant ASML. En enkele dagen eerder bracht de Wall Street Journal het verhaal dat het Pentagon China ervan verdenkt dat het de havenkranen van de Chinese kraanbouwer ZPMC volstopt met spionageapparatuur om daarmee westerse havenbedrijven in de gaten te kunnen houden: ‘een paard van Troje’. Van zijn eigen backpackreis door China, twee decennia geleden, herinnert de NT-reporter zich nog dat hij destijds het advies kreeg om op de douaneformulieren absoluut niet het woord ‘journalist’ in te vullen in het vakje waar China naar je beroep informeerde. Aan Bas Stoof, commercieel manager van de Semi-Submersible Division van Cosco Shipping Heavy Transport, daarom de vraag: waarom kijkt niemand er op de ‘Xin Yao Hin’ gek van op dat hier een NT-reporter rondloopt die dingen neerkrabbelt in een notitieblokje? Heavy lift-vervoerders zijn geen politici, zegt Stoof daarover. ‘De Cosco-organisatie is servicegericht. Het zijn gewoon heel harde werkers, dat gaat dag en nacht door. Dat moet ook wel, er zijn grote contracten met klanten, dus er moet operationeel veel gebeuren.’

Stoof is trots dat de ‘Xin Yao Hua’ in Rotterdam is, vandaar deze receptie met wijn, oesters en andere versnaperingen om het schip aan zijn zakenrelaties te showen. ‘Dit is een van de grootste, sterkste transportschepen in zijn klasse ter wereld. Er is één oudere semi-submersible in onze vloot die nog groter is,’ vertelt hij, doelend op de ‘Xin Guang Hua’, die met zijn 98.000 dwt baas boven baas is vergeleken met de 80.000 dwt van ‘Xin Yao Hin’. ‘Dit soort vaartuigen’, vervolgt Stoof, ‘krijg je gewoon niet dagelijks over de vloer, al wijzen we de beslissers altijd op de voordelen die de Rotterdamse haven te bieden heeft. Het kostenplaatje is hier aantrekkelijk en er zijn volop faciliteiten, voor crew changing, bevoorrading, bunkeren. En voor feestjes dus.’

Jackets

Maar de hoofdreden dat de ‘Xin Yao Hin’ dit keer naar Rotterdam is gekomen, is de aanwezigheid van de drijvende hijskranen van de firma Bonn & Mees, vertelt Stoof. ‘Dat heeft te maken met de vorige klus van het schip: het vervoer van jackets in Noorwegen.’ Jackets, enorme funderingen voor offshore windparken, zijn een graag geziene lading op dit soort heavy lift-schepen, en voor het transport in Noorwegen moest het dek volledig vrij zijn van obstructies, aldus de Nederlandse Cosco-manager. De vier tanks die normaliter achterop het vaartuig staan omdat ze nodig zijn voor het afzinken, werden voor de Noorse klus daarom tijdelijk van hun plek gehaald. ‘In Rotterdam moeten ze weer op hun plek getakeld en helemaal vast gelast worden.’ Het ladingdek wordt in Rotterdam voorbereid op de volgende transportklus die in Schotland op het schip ligt te wachten: het vervoer van een zogenoemde FPSO, wat staat voor Floating, Production, Storage & Offloading. Dat is een (drijvend) productieplatform voor de olie- en gasindustrie.

‘Het gevaarte moet naar de Perzische Golf, naar een droogdok in Dubai, maar het is te hoog om onder de brug over het Suezkanaal door te kunnen. Dat wordt dus omvaren rond de Kaap,’ aldus Stoof.

Hoe spoedig de ‘Xin Yao Hin’ en de Rotterdamse haven elkaar weer terug gaan zien, zal de toekomst uitwijzen. Het schip kan overal worden ingezet voor ‘alles wat groot en zwaar is’, aldus Stoof. Er passen tunnelbuizen op, en andere schepen zelfs, terwijl ook de populariteit van windenergie het schip waarschijnlijk genoeg klandizie zal blijven opleveren, want zo’n jacket stop je nu eenmaal niet even in je jaszak. ‘En je kan op de ‘Xin Yao Hin’ ook wel vijfhonderd windmolenbladen kwijt.’