Regelmatig organiseert Rolf Habben Jansen, de Nederlandse ceo van Hapag-Lloyd, een online presentatie om journalisten van overal ter wereld bij te praten over de ontwikkelingen bij de Duitse containerrederij en om zijn licht te laten schijnen over het reilen en zeilen in de sector in het algemeen. De belangstelling voor zijn betoog is elke keer weer dermate groot, dat de groepen journalisten worden uitgesmeerd over verschillende ‘virtual live sessions’ op meerdere dagen.

De grote belangstelling valt te verklaren door de laagdrempeligheid van Habben Jansens online presentaties – ceo’s van de grote containerrederijen zijn over het algemeen niet zo benaderbaar en laten niet zo graag in hun kaarten kijken – maar de interesse geeft natuurlijk ook aan dat Hapag-Lloyd meetelt in de transportwereld. Van Los Angeles tot in Ningbo vormen de containerschepen en containers een bekende aanblik.

Schepje bovenop

Toch mag er wat betreft die wereldwijde reikwijdte van Hapag-Lloyd nog wel een schepje bovenop, maakte Habben Jansen duidelijk tijdens zijn presentatie. Omdat in het bestaande vijfjarenplan van de rederij een strategie was uitgestippeld tot en met 2023, is de ceo met zijn medewerkers gaan nadenken over de komende nieuwe cyclus. ‘We hebben ons opnieuw de vraag gesteld: wat willen we precies? Hoe moet onze strategie tot 2030 eruit gaan zien? We kwamen daarbij uit op vier belangrijke pijlers.’

Bij niemand die een blik werpt op de vier uitverkoren Hapag-Lloyd-pijlers zullen ogenblikkelijk de ogen uit de oogkassen knallen: de rederij wil ten eerste winstgevend blijven en verder investeren in duurzaamheid en ‘nummer 1 in kwaliteit’ zijn, dingen waar de concurrentie zich waarschijnlijk ook in kan vinden, maar de Duitse rederij spreekt ten vierde de wens uit om een ‘global player’ te zijn, een ambitie die volgens het bedrijf vraagt om verdere groei in ‘sleutelmarkten’. Op de vraag, in welke markten Hapag-Lloyd dan nog een sterkere positie zou willen verwerven, noemde Habben Jansen India, Afrika en Zuidoost-Azië.

HMM

Dat Hapag-Lloyd ambitieus is, bleek afgelopen maand ook uit het bod dat de rederij uitbracht op HMM, de Zuid-Koreaanse concurrent die tot nu toe staatseigendom is en die door de Zuid-Koreanen in de etalage is gezet. Slechts een week nadat de belangstelling van de Duitsers in HMM bekend was geworden, kwam al naar buiten dat Hapag-Lloyd na een eerste selectieronde was afgevallen, als enige van de vier kandidaat-kopers. De Zuid-Koreanen zien HMM als een ‘nationale schat’ die ze toch liever in eigen handen houden; de drie bedrijven die nog wel in de race blijven om HMM straks te kopen, zijn dan ook stuk voor stuk Zuid-Koreaans.

Habben Jansen had er naar eigen zeggen al van begin af aan rekening mee gehouden dat het lonken naar HMM dit resultaat zou hebben. ‘HMM zou in potentie een goede partner voor ons zijn. Maar voor nu is dat proces afgesloten.’

Als HMM wél een prooi voor Hapag-Lloyd zou zijn, zou de Duitse rederij qua grootte in de buurt komen van Cosco, de huidige nummer 4 op de ranglijst van grootste containerrederijen in de wereld. Hapag-Lloyd zou dan nog wel altijd op plek 5 blijven staan, maar wel een flinke voorsprong nemen op Evergreen (Taiwan) en ONE (Japan).

Fusie

Habben Jansen zei tijdens zijn online presentatie ervan uit te gaan dat Hapag-Lloyd qua grootte vergelijkbaar blijft met die twee concurrenten. Een tijdje geleden stelde de Deense scheepvaartdeskundige Lars Jensen dat het ‘onvermijdelijk’ is dat Hapag-Lloyd en ONE in de nabije toekomst een fusie aangaan, een suggestie die door Habben Jansen al meermaals naar het rijk der fabelen is verwezen. Ook waarschuwingen van andere analisten, dat Hapag-Lloyd nu moet gaan vrezen voor haar 5e plaats, neemt de ceo voor kennisgeving aan. De containerlijnvaart is geen wedstrijd, en de rederij verwacht bovendien ook zonder grote overname of fusie groei te kunnen bewerkstelligen.

Dat moet dan wel tegen de wind in, want de marktomstandigheden zijn ongunstig, aldus Habben Jansen. ‘De marktvraag is de afgelopen twaalf maanden zwak geweest. Recent is er wel een lichte verbetering gekomen, maar het is geen supersterk piekseizoen geweest.’ En dat hoogseizoen zit er onderhand alweer op, het is nu hopen dat volgend jaar beter wordt. De Hapag-baas rekent op enige volumegroei, maar echt hosanna zal het gezien de economische omstandigheden nog niet worden.

Tarieven

De vrachttarieven die Hapag-Lloyd in rekening kan brengen, blijven daardoor onder druk staan. ‘Ze liggen nu op het niveau van 2019 en dat betekent dat ze veel te laag zijn, want de kosten zijn ondertussen met 25% gestegen. We kunnen niet continue onder kostprijs varen, de tarieven zullen echt omhoog moeten.’

Geen sinecure, want de containerrederijen laten veel nieuwe schepen bouwen. Dat moest, zegt Habben Jansen, want voorheen hadden ze juist te weinig geïnvesteerd in nieuwe materieel. ‘Het aantal oude schepen dat gesloopt wordt, moet nu omhoog. Dan wordt het makkelijker om de overcapaciteit te absorberen.’

We kunnen niet continue onder kostprijs varen, de tarieven zullen echt omhoog moeten.

Om hogere tarieven te kunnen vragen, zullen verladers waar voor hun geld moeten krijgen. Met het oog daarop blijft Hapag-Lloyd onder meer investeren in terminals, zoals het recent al deed in bijvoorbeeld India (JM Baxi Group) en Chili (Saam Terminals). ‘Zo krijgen we een betere toegang tot belangrijke terminals, en dat is goed voor de operationele kwaliteit.’

Tracking

De rederij is volgens de ceo ook al ver gevorderd met het uitrusten van haar zeecontainers met tracking-apparatuur. ‘Het merendeel van onze containers is er inmiddels mee uitgerust, de rest volgt komend jaar.’ De tracking is vooral belangrijk tijdens het landdeel van het transporttraject, aldus Habben Jansen. ‘We willen meer greep krijgen op de intermodale verbindingen.’

De verduurzamingspijler onder het nieuwe meerjarenplan bestaat onder meer uit de twaalf dual-fuel containerschepen van 23.500 teu die Hapag-Lloyd heeft besteld. De klimaatvriendelijkheid van de uitverkoren brandstof, lng, is bepaald niet onbetwist, maar volgens Habben Jansen zijn de schepen ook geschikt om andere groene brandstoffen te gebruiken als die in de toekomst voldoende beschikbaar komen. De ceo vertelde verder dat met een aantal klanten pilots zijn gehouden met biobrandstoffen.